LNA

Op zoek naar ondersteuning voor leerlingen met autisme?

Door: Sylvia Hasper-Sitton

Leerlingen met autisme komen in nagenoeg alle vormen van regulier en speciaal onderwijs voor. Vaak gaat het goed met deze kinderen maar soms gaat het fout en is ondersteuning nodig om deze kinderen binnen het onderwijs te kunnen houden en te voorkomen dat zij uitvallen en thuis komen te zitten. Dan begint een vaak lange en moeizame zoektocht van ouders (en hulpverleners) om voor deze kinderen passend onderwijs te realiseren. En dat terwijl de deskundigheid op het gebied van autisme groot is en er steeds meer mogelijkheden zijn om deze kinderen aangepast onderwijs en ondersteuning te bieden. In dit artikel worden de verschillende routes voor ondersteuning in het regulier en speciaal onderwijs uitgelegd en worden veel voorkomende vragen van ouders (waaronder ondersteuning voor thuiszitters) beantwoord.

Procedure ondersteuning in het regulier onderwijs voor een leerling met autisme
Als een kind met autisme in het regulier onderwijs zit en hulp nodig heeft dan zijn er verschillende mogelijkheden:

Elke school heeft een interne zorgstructuur die in de schoolgids nader wordt omschreven. Bij individuele problemen met leerlingen kunnen leerkrachten een beroep doen op de interne zorgstructuur. De intern begeleid(st)er of zorgconsulent(e) wordt ingeschakeld en deze zorgt ervoor dat de hulp bij de leerling komt (remedial teaching, huiswerkhulp, pestprotocol, faalangsttraining, etc.).
De school kan het boekje ‘Autisme in de klas, een praktische gids voor leerkrachten en intern begeleiders’ aanvragen bij KPC groep in Den Bosch. Dit boekje bevat tal van praktische tips die leerkrachten kunnen gebruiken in het onderwijs aan leerlingen met autisme.
Leerkrachten, intern begeleiders/ zorgconsulenten en ouders kunnen voor praktische tips in het onderwijs ook terecht op de website van het LNA.
De leerkracht of intern begeleider/zorgconsulent kan een beroep doen op ondersteuning door een van de steunpunten autisme in de regio in de vorm van consultatie, voorlichting, deskundigheidsbevordering of scholing. De contactadressen van de steunpunten autisme zijn te vinden op deze site onder Welk REC? Door het steunpunt aan te klikken verschijnt het steunpuntformulier met de steunpuntfunctionaris, contactadres en aanbod op het beeldscherm.
Is de interne zorgstructuur van de school ontoereikend dan kan via de interne zorgstructuur een beroep worden gedaan op de externe zorgstructuur binnen het samenwerkingsverband. Iedere reguliere school maakt deel uit van een samenwerkingsverband. Met ingang van 2004 wordt het zorgbudget van alle samenwerkingsverbanden structureel verhoogd met als doel het oplossen van knelpunten en het aanbrengen van verbeteringen in de zorg aan leerlingen. De zorgstructuur kan per samenwerkingsverband verschillend georganiseerd zijn. Soms kan het nodig zijn om het dossier van een leerling binnen de zorgstructuur van het samenwerkingsverband te bespreken om tot de juiste ondersteuning/aanpak van deze leerling te komen.
Is de interne en externe zorgstructuur binnen het samenwerkingsverband aantoonbaar ontoereikend gebleken om de leerling die ondersteuning te bieden die nodig is dan kan het nodig zijn om een leerling naar het REC te verwijzen en begint een nieuwe procedure om die ondersteuning te krijgen die nodig is.
Mogelijkheden binnen het basisonderwijs
Alle reguliere basisscholen binnen een regio maken deel uit van een Samenwerkingsverband WSNS (Weer Samen Naar School). Binnen ieder Samenwerkingsverband WSNS is een PCL (Permanente Commissie Leerlingenzorg) ingesteld die zich regionaal bezighoudt met de leerlingenzorg binnen het samenwerkingsverband. Die leerlingenzorg kan op verschillende manieren worden georganiseerd en het zorgaanbod kan per samenwerkingsverband verschillend zijn. Niet in alle maar wel in veel samenwerkingsverbanden WSNS dragen de scholen gezamenlijk een deel van hun budget af aan het samenwerkingsverband voor de instandhouding van een Speciale Basisschool.Enkele mogelijkheden van ondersteuning zijn:
Leerlingen die een te grote aanspraak maken op de interne zorgstructuur van een school kunnen in samenspraak met de ouders worden verwezen naar het speciaal basisonderwijs. Of een leerling al dan niet voor het speciaal basisonderwijs in aanmerking komt wordt beoordeeld door de PCL.
In sommige samenwerkingsverbanden kunnen scholen via de Schoolbegeleidingsdienst of PCL ambulante begeleiding aanvragen voor leerlingen waarvoor de interne zorgstructuur ontoereikend is. De mogelijkheden hiervoor verschillen per samenwerkingsverband.
Soms kan via de PCL preventieve ambulante begeleiding worden aangevraagd bij het REC (Regionaal Expertisecentrum) voor zorgleerlingen die (nog) niet in aanmerking komen voor een indicatie speciaal onderwijs, maar waarvoor de zorgstructuur binnen het samenwerkingsverband wsns ontoereikend is. Door middel van preventieve ambulante begeleiding wordt getracht de zorgleerling binnen de zorgstructuur van het samenwerkingsverband verder te helpen. Het budget voor preventieve ambulante begeleiding is overigens zeer beperkt.

Mogelijkheden binnen het voortgezet onderwijs
Alle reguliere scholen voor voortgezet onderwijs binnen een regio maken deel uit van een Samenwerkingsverband VO (SWV voortgezet onderwijs). Binnen ieder Samenwerkingsverband VO is een onafhankelijke RVC (regionale verwijzingscommissie) ingesteld die zich regionaal bezighoudt met de leerlingenzorg binnen het samenwerkingsverband. De samenwerkingsverbanden VO krijgen jaarlijks een bepaald bedrag waarmee de scholen binnen het samenwerkingsverband VO geacht worden gezamenlijk voor een sluitende aanpak te zorgen (de juiste zorg voor alle leerlingen die extra zorg nodig hebben in de regio). Die leerlingenzorg kan ook hier op verschillende manieren worden georganiseerd en het zorgaanbod kan ook hier per samenwerkingsverband verschillend zijn. Met dit bedrag kan o.a. een Permanente Commissie Leerlingenzorg (PCL) worden bekostigd. De PCL heeft een verplichte adviestaak in de zogenaamde opstroom van leerlingen uit het praktijkonderwijs (PRO) naar een school met leerwegondersteunend onderwijs (LWOO) en de bekostiging voor leerwegondersteuning. Daarnaast zijn er niet verplichte functies die de PCL kan vervullen binnen een samenwerkingsverband VO:

Sluis/zeeffunctie (voorbereiden aanvraag LWOO/PRO bij RVC)
Onderzoeksfunctie (aanvullend onderzoek dat bijdraagt aan bepaling toelaatbaarheid voor LWOO en PRO dan wel ten behoeve van het zicht krijgen op welke zorg voor een leerling nodig is)
Consultatie- c.q. adviesfunctie op school/SWV-niveau (opstellen handelingsplan; knelpunten in zorgstructuur op school of SWV-niveau signaleren en registreren)
Begeleidingsfunctie (begeleiding leerling, ondersteuning docent, team, school of ouders)
Monitorfunctie (bewaken voortgang van hulp aan individuele leerlingen en/of ontwikkeling van het samenwerkingsverband als geheel)
Interne afstemmingsfunctie (denk aan afstemming procedures en documenten)
Toewijzingsfunctie (rol bij verdeling middelen van regionaal zorgbudget ten behoeve van extra zorg aan niet geïndiceerde leerlingen).
Enkele mogelijkheden van ondersteuning zijn:
Leerlingen die een te grote aanspraak maken op de interne zorgstructuur van een school kunnen in samenspraak met de ouders worden verwezen naar het speciaal basisonderwijs. Of een leerling al dan niet voor het speciaal basisonderwijs in aanmerking komt wordt beoordeeld door de PCL.
In sommige samenwerkingsverbanden kunnen scholen via de Schoolbegeleidingsdienst of PCL ambulante begeleiding aanvragen voor leerlingen waarvoor de interne zorgstructuur ontoereikend is. De mogelijkheden hiervoor verschillen per samenwerkingsverband.
Soms kan via de PCL preventieve ambulante begeleiding worden aangevraagd bij het REC (Regionaal Expertisecentrum) voor zorgleerlingen die (nog) niet in aanmerking komen voor een indicatie speciaal onderwijs, maar waarvoor de zorgstructuur binnen het samenwerkingsverband wsns ontoereikend is. Door middel van preventieve ambulante begeleiding wordt getracht de zorgleerling binnen de zorgstructuur van het samenwerkingsverband verder te helpen. Het budget voor preventieve ambulante begeleiding is overigens zeer beperkt.
Procedure ondersteuning in het speciaal onderwijs
Sinds 1 augustus 2003 is de Wet Leerlinggebonden financiering (Lgf) van kracht. Alle kinderen die worden verwezen naar het speciaal onderwijs moeten sinds deze datum eerst worden geïndiceerd door de onafhankelijke commissie voor de indicatiestelling om in aanmerking te komen voor een plaats in het speciaal onderwijs. Dit gebeurt op basis van landelijk vastgestelde criteria die voor een viertal clusters van speciaal onderwijs zijn vastgesteld. Scholen voor speciaal onderwijs mogen sinds 1 augustus 2003 dan ook alleen nog maar die kinderen aannemen met een positieve beschikking. Ook de kinderen die voor deze datum in het speciaal onderwijs zaten moeten worden geïndiceerd, maar voor deze kinderen geldt een overgangstermijn. Er is geen sprake meer van ‘heen en weer’ stuiteren van kinderen. Kinderen die voorheen in het speciaal onderwijs zaten maar door de Commissie voor de Indicatiestelling worden afgewezen, vallen nu automatisch terug op de zorgstructuur van de samenwerkingsverbanden. Zij worden bij de terugplaatsing naar het regulier onderwijs gedurende een bepaalde periode vanuit het REC ambulant begeleid maar komen niet automatisch in aanmerking voor ondersteuning vanuit het samenwerkingsverband. Om in aanmerking te komen voor het speciaal basisonderwijs, praktijkonderwijs of leerwegondersteunend onderwijs zal apart de daarvoor geldende procedure moeten worden doorlopen.De nieuwe situatie roept vragen op
De nieuwe situatie roept zowel bij scholen als bij ouders veel vragen op. Enkele van de meest voorkomende vragen met de antwoorden op deze vragen zijn hieronder opgenomen.Mijn kind zat voor 1 augustus 2003 al in het speciaal onderwijs. Mag hij daar blijven?
Sinds die datum mogen scholen voor speciaal onderwijs binnen een bepaald cluster uitsluitend die kinderen aannemen die een beschikking hebben van een onafhankelijk Commissie voor de Indicatiestelling van dat cluster. Ook leerlingen die al in het speciaal onderwijs zaten moeten worden geïndiceerd, al hebben de scholen hier wat langer de tijd voor gekregen. Wie verhuist moet eerst worden geïndiceerd voordat hij/zij (opnieuw) wordt toegelaten op een school voor speciaal onderwijs.

Wat nu als mijn kind een indicatie cluster 4 heeft en ik kies voor cluster 3?
In principe is het zo dat een kind met een cluster 4 indicatie niet meer mag worden ingeschreven in een school die niet tot dat cluster behoort. Omdat de opvang van bijzondere doelgroepen zoals leerlingen met autisme in sommige regio’s nog niet optimaal is op de scholen binnen die regio, zijn er uitzonderingen. Zo zijn er in Brabant heel veel kinderen met autisme die momenteel nog binnen cluster 3 worden opgevangen omdat de cluster 4-scholen nog niet voldoende mogelijkheden hebben om deze leerlingen aangepast onderwijs te bieden. Er is ook een gecombineerd REC cluster 3/4 in Midden Brabant. In deze regio mogen alle scholen van cluster 3 ook cluster 4 geïndiceerde leerlingen aannemen en omgekeerd.

Horen kinderen met autisme in cluster 4 thuis?
Kinderen met autisme komen in alle vier de clusters en op nagenoeg alle scholen voor speciaal onderwijs voor. Wel is het zo dat kinderen met autisme het vaakst voorkomen in cluster 4. Ongeveer een vijfde van alle leerlingen in cluster 4 bestaat uit leerlingen met autisme.

Hoe weet ik in welk REC ik thuishoor?
Op www.wegbereiders.nl (niet meer actueel) klikt u in de rubriek REC’s in de regio en vult u de gemeente in waarin u woont of waar uw school gevestigd is. U krijgt dan de REC’s op het beeldscherm waartoe de betreffende gemeente behoort. Door aan te klikken krijgt u de contactgegevens van het betreffend REC op het beeldscherm.

Bij welke Commissie voor de Indicatiestelling moet ik aanvragen?
Nadat u weet in welk REC u thuishoort kunt u vervolgens in de rubriek publicaties in de REC wegwijzer het betreffende REC terugvinden met het contactadres van de Commissie voor de Indicatiestelling.

Wie vraagt indicatiestelling aan?
Ouders vragen de indicatiestelling zelf aan bij de Commissie voor de Indicatiestelling. Eventueel kan een wettelijke vertegenwoordiger van de ouders de aanvraag indienen. In de regel zal er eerst een intakegesprek plaatsvinden om te beoordelen of het kind een reële kans maakt om op basis van de landelijke indicatiecriteria te worden toegelaten. Soms vindt verwijzing naar een REC van een ander cluster plaats omdat verwacht wordt dat het kind daar meer op zijn plaats is. Vervolgens wordt een aanvraagformulier indicatiestelling toegezonden. Ouders vullen dit formulier in en sturen het met de benodigde gegevens op naar de CvI.

Moeten ouders het dossier zelf compleet maken?
Bij het aanvraagformulier moet een dossier worden aangeleverd met alle voor de indicatie benodigde gegevens van het kind. Ouders hoeven hier niet helemaal zelf voor te zorgen. Zij kunnen de Commissie voor de Indicatiestelling machtigen om gegevens voor het dossier op te vragen bij derden. Zonodig zal onderzoek worden verricht door de Commissies van Begeleiding (voorheen Commissies van Onderzoek) binnen de REC-scholen.

Hoe lang duurt de indicatiestelling?
Dit is afhankelijk van de periode die nodig is om de benodigde (onderzoeks)gegevens te verzamelen. Naast een bijgewerkt onderwijskundig rapport moeten al die (onderzoeks)gegevens worden toegevoegd die nodig zijn voor de CvI om weloverwogen te kunnen besluiten. De indicatiestelling zelf begint niet eerder dan nadat het sein ‘dossier compleet’ is gegeven. Nadat het ‘dossier compleet’ is duurt het nog circa vier tot zes weken voordat uitspraak wordt gedaan.

Is er wel genoeg plaats in het speciaal onderwijs?
Is een kind geïndiceerd, dan heeft het REC wettelijk de plicht om het kind te plaatsen op een van haar REC-scholen en passend onderwijs te bieden. Er wordt door scholen hard gewerkt om alle kinderen die een indicatie krijgen voor het speciaal onderwijs te plaatsen. Helaas lukt dit nog niet in alle regio’s even goed.

Wanneer kan ik aanspraak maken op de ‘rugzak’ en wat koop ik daarvoor?
Is een kind geïndiceerd voor het speciaal onderwijs en de ouders verkiezen regulier onderwijs, dan kan een rugzak worden aangevraagd en helpt het REC met het zoeken naar een reguliere school. In de ‘rugzak’ zitten middelen waarmee de reguliere school aangepast (les)materiaal kan aanschaffen en ambulante begeleiding kan inkopen bij een van de REC-scholen. Het kind wordt dan ambulant begeleid vanuit een van de REC-scholen. In beide gevallen (regulier of speciaal) krijgt een kind met autisme die ondersteuning die het nodig heeft.

Heb ik nog inspraak als ouder wanneer de ‘rugzak’ is verzilverd?
De school en de ambulant begeleider maken een individueel handelingsplan voor het kind op basis waarvan het komend schooljaar gewerkt wordt. In het handelingsplan staat ook hoe de ‘rugzak’ is besteed. Ouders moeten instemmen met het handelingsplan. Zonder deze instemming kan er niet met het handelingsplan worden gewerkt.

Mijn kind heeft recht op onderwijs maar zit thuis, waar kan ik terecht?
Elk kind in de schoolgaande leeftijd heeft recht op onderwijs. Wanneer een kind thuis zit kan contact worden opgenomen met de onderwijsconsulenten indien aan één van de volgende intakevoorwaarden wordt voldaan.
– Het kind heeft een indicatie voor het speciaal onderwijs maar er zijn problemen met de plaatsing of het kind is langdurig geschorst c.q. verwijderd van school.
– Het kind heeft geen indicatie voor het speciaal onderwijs maar heeft wel een handicap, ziekte of stoornis en zit gedurende langere tijd thuis (minimaal vier weken exclusief schoolvakanties) zonder uitzicht op plaatsing.

In Nederland zijn circa 20 onderwijsconsulenten die samen met u op zoek gaan naar een passende school voor uw thuiszittende kind, waarbij het belang van uw kind voorop staat. Er is een landelijk aanmeldpunt in Den Haag. U kunt het aanmeldpunt bereiken op telefoonnummer 070-3122887. Ouders en scholen kunnen telefonisch contact opnemen om de plaatsingsproblematiek voor te leggen. Het is praktisch indien u gegevens over het schoolverleden en gegevens van de personen waarmee u als ouders contact heeft gehad bij de hand houdt (namen, contactadressen en telefoonnummers). Een intakefunctionaris zal uw gegevens en een korte probleembeschrijving in een beveiligd computerbestand invoeren en u zonodig toewijzen aan een onderwijsconsulent in de regio. In verband met de Wet Bescherming Persoonsgegevens zal eerst een intakeformulier worden toegezonden met een verklaring van geen bezwaar voordat de onderwijsconsulent aan het werk gaat.

Voor niet geïndiceerde, langdurige thuiszitters is er sinds kort het project Herstart. Kinderen die in aanmerking komen voor dit project worden gedurende drie maanden geobserveerd en versneld door een indicatieprocedure geholpen waarna een positieve of negatieve beschikking uitwijst of zij in het speciaal of regulier onderwijs thuishoren. Na drie maanden moet duidelijk zijn onder wiens verantwoordelijkheid zij vallen en welke schoolsoort (bij voorkeur welke school) de leerling zou moeten kunnen plaatsen, gezien de problematiek. Schoolplaatsing is daarmee overigens niet volledig gegarandeerd.